Tom de Haan: Jezus en Lubach
Tom de Haan, stadsdominee van Haarlem en een man met een missie. Door God naar Haarlem gestuurd om ons te bekeren, of met een boodschap van meer aardse betekenis? Haerlems Bodem heeft in ieder geval sympathie voor de manier waarop hij deze missie uitvoert. Creatief, open en eigentijds. Maandelijks verblijdt hij ons met een stukje visie.
Het is al weer oud nieuws, ik weet ‘t. Maar het filmpje ‘The Netherlands Second‘ van Arjan Lubach is groots, omdat het wereldwijd de kracht van humor heeft laten voelen. Tijdens een preek vergeleek ik het filmpje van Lubach met de bergrede van Jezus die zei: “Zalig zijn de treurenden, want ze zullen getroost worden.” Omdat ik vermoed dat we ook deze bijbelverhalen beter tot hun recht laten komen als we Jezus’ woorden meer gaan zien als die van een stand-up comedian van zijn tijd, dan als letterlijke woorden van een goddelijke en eeuwige waarheid. Dus ja, voor mij lijken Jezus en Lubach op elkaar. Beide zoeken naar wat onze gevestigde orde buiten beschouwing laat. Kijk maar naar Lubachs voorliefde voor petities.
Alleen moet Lubach niets van geloof hebben. Voor hem moet God altijd in de veilige categorie van de tandeloze fantasie blijven. Terwijl de kracht van zijn eigen filmpje toch juist in diezelfde fantasie zit? Het is de kracht van de verbeelding en creativiteit. En dus is het belang van fantasie voor onze politieke toekomst gigantisch. Geloof, verbeelding en verhalen zijn van levensbelang én van politiek belang. En uit de verhalen die onze voorouders ons hebben doorgegeven blijkt God daarin onmisbaar. Maar voor Lubach is dat anders. Wellicht omdat de bijbelverhalen hem wat te stroef door de strot zijn gedrukt.
Als dominee krijg ik wel eens de vraag: “Dus jij gelooft in God?” Het probleem is dat ik het niet de goede vraag vind. Bram Grandia, gepensioneerd dominee, vredesactivist en mijn mentor toen ik bij de IKON werkte, hielp me hier al jaren geleden mee toen hij zei: “De vraag moet eigenlijk zijn in wélke God je gelooft.” En inmiddels doe ik daar nog een schepje bij: We hebben ons allemaal af te vragen welke God geloofwaardig is. Dus als je de ‘God van de kerk’ maar stom vindt, wélke God zou je dan wél geloofwaardig vinden? Als ik moet gokken antwoordt Lubach daarop: De enige geloofwaardige God, is voor mij geen-God. Want als God zou bestaan, hoe kan er dan zoveel onrecht in de wereld zijn? Waarom is dan een vader, moeder of geliefde overleden? Kortom: Een echte God mag geen fantasie zijn, maar had moeten ingrijpen.
Als onze vraag wordt: In welke God kan ik geloven? Dan ligt er veel meer verantwoordelijkheid op onze eigen schoudertjes. En volgens mij vindt ook Lubach dat de verantwoordelijkheid precies daar hoort. Alleen nodigt déze vraagstelling mij wél uit om te antwoorden. Sterker nog: Ik ben heel benieuwd naar de antwoorden van andere mensen op deze vraag. Zou bijvoorbeeld de God van Wilders meer houden van autochtone Nederlanders dan van asielzoekers? En houdt de God van de Joods-Christelijke traditie vooral van Joden en Christenen, zoals de God van de Islam vooral van moslims houdt?
Ik kan en wil alleen geloven in een God voor wie alle mensen gelijk zijn. Want wij mensen zijn er al veel te goed in om te denken dat de éne groep beter is dan de andere. Laat God alsjeblieft een groter perspectief hebben. Alleen zo’n God kan mij voortdurend op een andere manier naar de wereld laten kijken, net als het filmpje van Lubach.
Fotografie: Tim Kulk
Moedige Haarlemmers: Kenau en Ripperda. Redacteur Marwa vraagt zich af wat zij hebben betekend voor Haerlems Bodem?