De Oerkap-Drijfriemenfabriek en het Monopolyspel van onze gemeente
Beste gemeente, houd eens, al was het maar voor een keer, vast aan je core-business van handhaving en controle en omarm Haarlemmers met een creatieve geest. Met de beoogde verkoop van de Oerkap en de Drijfriemenfabriek aan de zoveelste projectontwikkelaar zonder hart voor onze stad, verpats je niet alleen je bruisende identiteit, je stoot ook nog eens een nieuwe generatie Haarlemmers van je af die op eigen kracht Haarlem wél aantrekkelijk maken. Onze stad is geen levend Monopolyspel.
Alles van waarde is weerloos
“Alles van waarde is weerloos,” dat zei Lucebert al en het is nog steeds een dankbare reminder in neon in Rotterdam. Wat hij ermee bedoelde is dat onze meest waardevolle bezittingen nooit helemaal af te schermen zijn voor negatieve invloeden van buitenaf. Je kunt je nooit voor de volle 100% verdedigen tegen wie willens en wetens kwaad wil doen en iets wil afpakken wat ons dierbaar is. Daar staat tegenover dat we ons super weerbaar kunnen maken als we maar gezamenlijk het besef hebben van wat we waardevol vinden.
Lucebert had met zijn gedichten zo Haarlem voor ogen kunnen hebben. Ik geloof alleen niet dat de Cobra-kunstenaar van weleer Haarlemmers zag als het uitverkozen volkje dat zelfstandig genoeg was om aan te geven wat het gezamenlijk van belang achtte om voor te vechten. Zijn citaat werd hier liever geïnterpreteerd als een voldongen feit; alles wat waardevol is, wordt uiteindelijk teniet gedaan. Daar hebben we ons maar naar te schikken.
Verkopen zonder doel en plan
Iskandar Serail en Irmgard Noordhoek kozen tien jaar geleden heel bewust voor Haarlem en ging wonen op het voormalig Drosteterrein omdat er zoveel potentie aanwezig is voor ontwikkelingen die passen bij een modern creatief en cultureel klimaat. “Wie er een brochure over de Nieuwe Energie en het Meterhuis uit 2003 op naslaat, weet dat er na dertien jaar nog niets is gebeurd. Het vertrouwen in de gemeente is aardig weggezakt. En, hoewel het klopt dat de gemeente de Drijfriemenfabriek als een parel ziet met een belangrijke rol tussen de Koepel en Nieuwe Energie, is het raar en inconsequent hoe de aanpak van een openbare verkoopprocedure door de gemeente is opgezet. Anno nu weten we niet hoe de Koepel en Nieuwe Energie zich gaan ontwikkelen. Door de Oerkap en de Drijfriemenfabriek nu al in de markt te zetten, verliest de gemeente het enige object in de buurt waarmee het nog sturing aan de ontwikkelingen had kunnen geven.”
Iskandar en Irmgard willen maar zoveel zeggen als dat de gemeente weet dat het een parel in de aanbieding heeft, maar het te lang duurt eer je een goede sieradenontwerper of juwelier gevonden hebt die de waarde van de parel kan verdubbelen. Hij plaatst terecht vraagtekens. “Het is heel raar dat de gemeente met de verkoop in zee wil met een partij en niet met een plan. Welke visie heb je dan voor de stad? Wat doet de gemeente voor ons als je niet eerst gaat kijken hoe je de positieve sfeer van de Oerkap en de Drijfriemenfabriek kunt vasthouden? If it ain’t broken, don’t fix it, luidt een oud gezegde. Snel cashen op de korte termijn levert een extra stuk verloedering op voor de komende tien à vijftien jaar waar niemand vrolijker van wordt.”
Geldzorgen en troebele visie
De gemeente Haarlem is een openluchtmuseum met geldzorgen. Dat is al heel lang zo. Dat zou ook niet zo ernstig zijn als de gemeente een duidelijke visie zou hebben waar iedere Haarlemmer blij van zou worden. Verkrotting is een tactiek waar een visieloos beleid vanaf druipt. Decennia lang worden wij Haarlemmers geconfronteerd met een niet-uitgestoken hand van de gemeente. Iets met uit het zicht, uit het hart. En het levert toch niets op. Waarom heeft de gemeente na zoveel herhaaldelijke fouten nog altijd meer vertrouwen in projectontwikkelaars dan in haar eigen burgers en ambassadeurs? Het is voor jou, mij, Irmgard en Iskandar een prangende vraag.
WAAROM HEEFT DE GEMEENTE NA ZOVEEL HERHAALDELIJKE FOUTEN NOG ALTIJD MEER VERTROUWEN IN PROJECTONTWIKKELAARS DAN IN HAAR EIGEN BURGERS EN AMBASSADEURS?
Benaderingsverschillen
Volgens de gemeente ligt de monumentale Drijfriemenfabriek aan Harmenjansweg 95 geïsoleerd langs de spoorlijn en de Oudeweg. De grond en opstallen zijn in eigendom van de gemeente Haarlem. Het gebouw en terrein worden nu gebruikt als tijdelijke horecalocatie met het welbekende stadsstrand: de Oerkap. Daarnaast zijn er werkruimtes en muziekstudio’s gevestigd. Het pand maakt onderdeel uit van de vastgoedportefeuille die de gemeente Haarlem wil verkopen. Voor het terrein en gebouw worden momenteel stedenbouwkundige kaders opgesteld waarbinnen het terrein na verkoop kan worden ontwikkeld.
Volgens de Drijfriemenfabriek zelf en de organisatie van stadsstrand De Oerkap is het pand Haarlems beste voorbeeld van de maakindustrie waar muzikanten, documentairemakers, animators, kledinglabels, producers en beginnend talent een werkruimte of atelier hebben. De zogenaamde geïsoleerde ligging is waardevol en lucratief gebleken voor een generatie jongeren die, zonder dat de gemeente dat beseft, dé ambassadeurs zijn van onze stad. Chef’Special, Bart van Liemt (Bade, Baskerville, The Sheer) en Rilan Ramhane benaderen dagelijks het positivisme van Haarlem. Stiekem verdenk ik de gemeente ervan dat het met de term: ‘geïsoleerd’ doelt op een ‘sociaal isolement’ waarbij de stap naar sloop en herontwikkeling de eerstvolgende is. Merk je het verschil? De een heeft het over grond, gebouw en kaders, de ander over waarde, Haarlemmers en levendigheid.
Besluiteloosheid en verval
Op 16 maart 2017 moet de gemeenteraad een besluit nemen over de openbare verkoop van de Drijfriemenfabriek en de Oerkap. Hoewel de gemeente zelf schrijft dat het een monumentaal stuk Haarlem is, weten we sinds jaar en dag dat verkoop en sloop haar enige oplossing is. Want, hoe is het toch met de oude Toneelschuur, De Nieuwe Energie, de voormalige turbinehal, de Koepel, de Brinkmanpassage, de hoek Spaarne-Turfsteeg, de promenade aan het Spaarne en eigenlijk alles op het terrein van de Lichtfabriek en omliggende industriepanden? Wat is er van herontwikkelingsplannen van twintig jaar geleden terecht gekomen? En, waarom niet? Waarom staat een groot gedeelte van het nieuw ontwikkelde Raaksterrein met grootstedelijke allure nog steeds te huur of te koop en waarom leert de gemeente niets van projecten die gemiddeld twaalf tot veertien jaar moeten duren en niets anders opleveren dan een troosteloze aanblik, leegstand en verval?
Doe mee!
Red het meest bruisende stukje Haarlem-Oost. Laat de Oerkap niet in handen van projectontwikkelaars vallen. Stop de plannen voor openbare verkoop!
Meer weten? Zie ook de Facebookpagina.
Fotografie: Sandra Reeb-Gruber (Foto Bart van Liemt: Jaap Kroon)
Tekst: René van Stekelenborg
Kees de Mopperaar was 'n anonieme brievenschrijver die met zijn venijnige pen het Haarlems Dagblad en de lokale politiek in zijn greep hield.