Als ik God was

Froukjes nieuwe single ‘Als ik God was’, is voor mij als stadsdominee een verademing. Het is dapper als iemand in gesprek gaat met zijn of haar eigen beeld van God, en een stapje verder durft te zetten dan alleen God verantwoordelijk te houden voor alles wat er mis is op aarde. Er is moed nodig om eerst naar jezelf te kijken, wanneer je je tot zoiets als God richt. Froukje kijkt naar de ‘eeuwige gezichten’ van mensen in een kring om een tafel. ‘Ik heb gezocht naar een motief om ze te haten,’ zingt ze, ‘maar al dat stuk is, heb ik zelf aangericht.’ Wacht even: wie wilde ze dan kunnen of mogen haten? Dat lijken in de tekst de ‘eeuwige gezichten’ te zijn, die ‘met z’n allen in een cirkel rond de tafel’ zitten of staan. 

Het doet mij denken aan die bekende afbeeldingen van het laatste avondmaal van Jezus, met de twaalf leerlingen er omheen. Of aan een avondmaalsviering in de kerk, waar we soms ook met een grote kring om de tafel heen staan. Hoe graag zou je niet een hekel willen hebben aan mensen die midden in deze wereld waarin zoveel mis is, pretenderen met belangrijke heilige dingen bezig te zijn? Maar Froukje is al verder in haar inzicht: ‘…al dat stuk is, heb ik zelf aangericht.’

Dáár begint het. God is niet meer het adres om te klagen over alles wat er mis is, maar Froukje somt juist een soort rauwe dankbaarheid op: ‘k ben dankbaar voor mijn leven en ook wel voor mijn dood. En ik dank u voor wat lukt, en mezelf voor het gekloot.. … ik dank u wel, ik dank u echt.’ Het is een prachtige dankbaarheid ‘ondanks alles’. Geen perfectie, maar juist zoals het leven vaak zelf ook: rommelig. 

En toch vertelt het refrein nóg iets meer: Als ik God was, zou ik laten zien dat ik trots was, het oké is als je niet bij de rest past. Ik zou het laten weten als ik echt was, echt was. Dát is wat de zangeres lijkt te missen aan God: Dat ze ons laat voelen dat we er mogen zijn zoals we zijn, en dat ze zelf echt is. Dat ze voelbaar dichtbij is. Als ik God was zou ik wrikken tot je los was … God die ons helpt om los te komen, om vrij te worden. En aan het eind komt Froukje zo weer bij die kring rond de tafel, waar ze ooit zo’n hekel aan had: Als ik God was, dan zat ik aan die tafel, en dan deden we dit samen. Waarom doen we dit niet samen? 

Je weet nooit hoe de kunstenaar haar werk precies bedoeld heeft, maar als stadsdominee zou ik ‘m zo verwoorden: Laten we God een handje helpen. Laten we ’t samen doen: De grote en diepe vragen over ons leven en dood, over onze mislukkingen, over zin en betekenis, over kwaad en over liefde, schuld en vergeving, over God. Laten we in onze stad de ruimtes koesteren waar dat kan. Plekken waar mensen trots op elkaar zijn, omdat ze weten van de strijd die ieder mensen met zichzelf aan het voeren is, plekken waar het oké is als je er niet bij past. Zodat je er stiekem tóch bij past. 

Tekst

 
 

OOK LEUK

 

OOK LEUK

ADVERTENTIE

VOLG ONS

 
Vorige
Vorige

Dubbelen in Patronaat

Volgende
Volgende

Trouw aan de basisinstellingen van je lijf