Participeren kun je leren. Toch?

In het licht van het Stadmakerscongres Haarlem, reflecteert redacteur René van Stekelenborg op de staat van échte burgerparticipatie binnen onze stadsgrenzen.

“Participatie, wat is dat nou weer?” Het is niet eens de vraag van de gemiddelde argeloze burger die geen greintje gevoel heeft bij wat de gemeente nou eigenlijk precies voor ons kan betekenen, maar het is de meest gestelde primaire vraag van een beleidsmedewerker, raadslid of bestuurder. “We hebben toch de participatiewet van 2015” is de opmerking die vaak nadruppelt. In een notendop geeft het maar aan dat met name overheidsbestuurders niet goed snappen dat het gepeupel per gemeente gehoord, begrepen, betrokken en bevraagd wil worden. Dat de overheid er is voor de burger, ook dat is de gemiddelde ambtenaar, dienaar van de kroon of zelfs de volksvertegenwoordiger glad vergeten. Zo weinig vertrouwen het volk in de overheid heeft, zo weinig komt de overheid nog bij je aan de deur. Gewoon, uit interesse, om te vragen hoe het ermee gaat en hoe de ambtenaar onze gezamenlijke belastingcenten zo fideel mogelijk voor je mag uitgeven. In de commerciële bedrijvigheid noemen we dat aftersales om te checken hoe blij u met uw aankoop of verworven dienst bent.

Ik woon nu een kwart eeuw in Haarlem. Bij bewustzijn meer dan mijn halve leven. Maar nog nooit ben ik welkom geheten als inwoner of heb ik ooit bezoek gehad van een dienstdoende ambtenaar. O ja, slecht één keertje toen er iemand van de hondenbelasting op de stoep stond en dacht dat ik een hond had omdat mijn vriendin zo raar van geest was geweest om haar zwarte poes ‘Hondje’ te noemen. Blijkbaar kwam dat ter ore bij de buurman van de NSB en die wilde de gemeente maar wat graag op voorhand informeren. Anyway, waarschijnlijk behoort een huis-aan-huis-bezoekje niet tot de kerncompetenties of de leermomentjes van de Haarlemse ambtenaar, krijgt men de reiskostenvergoeding daarvoor niet op orde en behoort een dergelijke bezigheid niet tot de taakvolwassen projectgerichte organisatie. Oftewel, waarom zouden wij ambtenaren ongevraagd jouw levensfeestje komen verstoren? De laatste keer dat we dat deden was bij Club Esther en dat liep gierend uit de klauwen. In die zin weet de gemeente heel goed bij wie ze wel en vooral niet hun kop moeten laten zien. 

Nu ik zelf ambtenaar ben en geniet van jouw belastingcenten, snap ik drommelsgoed waar je frustratie als burger ligt. Net als ik vind je dat de gemeente toch haar eigen plan trekt, juist omdat ook je nog nooit met een ambtenaar in het echt hebt gepraat. “Kijk, het is net als met een kennismaking in de kroeg”, hoorde ik ooit een 86-jarige buurtgenoot zeggen. “Zomaar als een wildvreemde tegen je aan staan ouwehoeren en zeggen dat ik vooral dit en dat moet doen, is heel gek, toch? Zeker hier waar een ons-kent-ons-cultuur heerst. Geef me tenminste eerst een gratis rondje gemeentepils, da’s wel het minste wat je ter introductie van jezelf en mijn centen kunt doen.”

Zomaar burgers proberen te betrekken bij het zoveelste nieuwbouwplan van de gemeente gaat dan ook nooit goed. Terwijl gebiedsontwikkeling, zoals dat zo mooi heet, alles in zich heeft om de beste ideeën van ruim 160.000 Haarlemmers boven water te krijgen voor de komende 30 jaar. Net als de ambtenaar en het bestuur hebben architecten, stedenbouwkundigen en  projectontwikkelaars of -leiders het niet in zich om te vragen, te bevragen en zichzelf eerst fatsoenlijk voor te stellen. Het zijn Lego- en stenenstapelaars diep in het autistische spectrum, verzonken in hun eigen utopie. Hun persoonlijke hoop ligt in een standbeeld of minstens één bouwwerk dat over 100 jaar nog overeind staat. Wie halverwege aankomt met een doordachte visie, die wordt als lastig en vervelend bestempeld. Dus, dan heb je de naam al van een kritische mug en dan mag je als Haarlemse pauper en nitwit misschien wel meedoen met de cursus: ‘gebiedsontwikkeling voor dummies’. O ja, en de ambtenaar heeft plotseling geleerd om te vragen. Hij/zij/hen vraagt namelijk de absolute hoofdprijs. Denk niet dat de gemeente een dag van 11 tot 5 zomaar gratis kan aanbieden. Dat kost 41 euro exclusief reserveringskosten. Ongevraagd advies bestaat immers niet en gevraagd advies is reteduur, ook van jouw eigen belastingcenten. 

Mocht je op slinkse wijze op 10 of 11 juni toch gratis genieten van het Stadmakerscongres Haarlem, vraag de cursusleider, architect, stedenbouwkundige of verdwaalde ambtenaar wie weet wat ‘Dutch Treat’ betekent. Dan weet je gelijk wie ‘aftersales’ hoog in het vaandel heeft staan.

Tekst

 
 

OOK LEUK

 

OOK LEUK

ADVERTENTIE

VOLG ONS

 
Vorige
Vorige

Haerlems Bodemverkenner: juni

Volgende
Volgende

Samen de toekomst van Haarlem bepalen